De Bezembinder Roelof Eefting
Bessembinder Roelof Eefting: “Een zwaar beroep”.
Een bezembinder maakte bezems en boenders van oude dopheide of twijgen. Het werken met dopheide was pijnlijk omdat het scherp was. Doordat het met de blote handen werd geplukt op de heide en werd verwerkt, kreeg de binder vaak sneden en wonden in zijn handen. Zodra de bundels waren gedroogd, moesten zij stijf aan elkaar worden gebonden. Als ze eenmaal samengebonden waren werden ze met een bijl op een hakblok tot de juiste grootte gehakt.
Het binden van bezems werd gezien als een zwaar beroep. Dit kwam allereerst door de fysieke arbeid zelf. De bezems werden vervaardigd uit verschillende soorten takken en struiken. Dit was bloedig werk, aangezien de takken flink in de handen konden snijden. De takken werden daarna gedroogd en vervolgens stijf bij elkaar gebonden, zodat de bezem zo stevig mogelijk was. Vooral het bij elkaar binden van de takken was zwaar werk.
Bij het verzamelen van de takken voor de bezems werd er onderscheid gemaakt tussen bezems die enkel voor in huis bedoeld waren, en bezems voor buiten op straat of in de stal.
Nieuwsgierig geworden? Bezoek ons op de oogstmarkt